Opa’s en oma’s
Omdat ik uit oudere ouders geboren ben, ligt mijn geboortedatum heel ver verwijderd van geboortedata van m’n opa’s en oma’s.
Mijn opa Johannes van Brakel is op 40-jarige leeftijd in 1918 overleden aan de Spaanse griep. M’n moeder was nog maar een jong meisje van 7 jaar.
Mijn opa Adriaan Vos overleed aan hartfalen in 1934 op 66-jarige leeftijd. Beide opa’s heb ik niet persoonlijk gekend. Wel uit verhalen van m’n ouders.
Ook oma Teuna Johanna Vos-Dalmaijer heb ik niet meegemaakt. Ze is getroffen door dementie en in 1953 op 86-jarige leeftijd overleden terwijl ze in een instelling verpleegd werd.
Oma Catharina van Brakel-Muijsson heb ik wel bewust, maar helaas maar kort meegemaakt. Zij is in 1958 overleden op 79-jarige leeftijd. Ik was toen 5 jaar. Deze mooie foto is een prachtige herinnering aan haar. Aan ons.
Wel een mooie anekdote over haar familie.
“Dat ligt aan de Muijssons”, die uitspreek deed mijn moeder veelvuldig als ik sprak over mijn te forse gewicht. Het is al jaren gelden dat ze die verklaring kon geven, want ze is al niet meer onder ons sinds 2001. Maar in haar stelligheid zei ze iets wat me in m’n verdere leven steeds duidelijker is geworden: m’n zwaarlijvigheid is volgens haar genetisch bepaald en niet makkelijk beïnvloedbaar. Oma Van Brakel-Muijssons familieleden waren veelal stevigerds. En dat lot blijkt mij ook beschoren.
Hoewel ik opa’s en oma’s gemist heb in m’n leven en niet zo’n voorbeeld heb ervaren, probeer ik op mijn manier voor mijn vijf kleinkinderen en bonus kleinkinderen wel op een of andere manier een opa-rol te vervullen. In al m’n beperkingen.